Els Ockers kreeg in december 2010 de diagnose Multiple Sclerose. Ze was jarenlang actief als hulpverlener bij CAW Oost-Vlaanderen. Om lotgenoten te helpen, schreef ze in 2014 het boek ‘Mijn pop up brein’. In 2015 begon Els te bloggen over haar leven als chronisch zieke patiënt (elsockers.wixsite.com/levenswandels). Sinds kort is Els zich meer aan het verdiepen in leefstijlgeneeskunde. Via haar nieuwe blog levenswandels.com wil ze hierover meer vertellen. Els is ook actief als vrijwilliger bij de vzw Patient Empowerment.

Mijn vader werd ziek en moest twee weken op de afdeling Geriatrie blijven voor een behandeling.  Omdat mijn moeder veel zorg nodig heeft, kon ze niet alleen blijven wonen in de serviceflat. Dus moesten we ook voor haar op zoek naar een oplossing. Dit bleek echter geen evidentie te zijn.

Sommige sociale diensten waren niet bereikbaar en diegene die ik wel kon bereiken hadden niet meteen een oplossing voor mijn probleem. Een aantal diensten stuurden me wel een lijst door van kortverblijven in Oost-Vlaanderen. Op mijn vraag of er een mogelijkheid bestond dat zij even contact opnemen om na te gaan of er plaats is, kreeg ik vaak een negatief antwoord. Het werd voor mij al snel duidelijk dat de vraag naar een plaatsje in kortverblijf groter is dan het aanbod. En wanneer ik ook nog eens de opmerking kreeg: ‘Je gaat je eigen moeder toch niet in kortverblijf steken, kan je haar niet tijdelijk bij jou thuis opvangen?’ kreeg ik er ook nog een schuldgevoel bovenop.

Schuldgevoel!

Uiteindelijk besloten mijn broer en ik om afwisselend bij mijn moeder te slapen. Dit hield in: zorgen voor ontbijt en avondeten, helpen met wassen en aankleden, helpen met het toiletbezoek, haar af en toe een knuffel geven en haar geruststellen met de woorden: ‘Het komt allemaal wel terug goed’. Intussen ging er van alles door mijn hoofd en moest ik mijn eigen agenda anders organiseren, zodat ik tijdig terug bij mijn moeder was en ook nog eens op bezoek kon gaan bij mijn vader. In combinatie met mijn werk en eigen beslommeringen was dit behoorlijk belastend voor mijn mentale en fysieke gezondheid.  Gelukkig kon mijn moeder overdag naar een dagcentrum en vonden we na een week toch kortverblijf voor haar.   

Omdat de plaatsen beperkt zijn, was er geen tijd om dit eerst te bespreken met mijn moeder. Ik ben haar diezelfde dag gaan halen in het dagcentrum om haar naar het kortverblijf te brengen. Dat was heel verwarrend voor haar want ineens ging het allemaal heel snel. Ik had een groot schuldgevoel toen ik mijn moeder naar het kortverblijf bracht. Ik denk dat dit vooral kwam doordat ik deze beslissing had genomen zonder hierover vooraf te kunnen overleggen met mijn ouders. We kregen hiervoor helaas geen tijd, alles moest heel snel gaan.   

Wie zorgt voor de mantelzorger?  

Wat me vooral ook opviel is, dat niemand tijdens deze periode aan mij vroeg hoe ik mij voelde en of ik het allemaal nog aankan. Er waren momenten dat ik continu bezig was met de zorg voor mijn ouders. Het regelen van opvang, administratieve zaken in orde houden, contacten met sociale diensten, mutualiteit, artsen, …Het voelde écht aan als een ‘extra job’. En al die tijd dacht ik: waar kan ik terecht als ik het eens moeilijk heb?  Wie neemt even de tijd om naar mij te luisteren?  

Gelukkig was mijn lieve man vaak mijn luisterend oor op de momenten dat ik even niet meer wist hoe ik alles te regelen. Hij zocht ook mee naar mogelijke oplossingen en stond in voor de praktische zaken bij ons thuis, zodat ik dat niet meer moest doen. Ook mijn dochters waren er voor mij, op die momenten dat ik het bos niet meer door de bomen zag. Toch miste ik wat ondersteuning van mensen die weten wat het betekent om mantelzorger te zijn. Mensen die weten hoe het voelt om te zorgen voor ouders die steeds hulpbehoevender worden. Ik weet dat er praatgroepen bestaan voor mantelzorgers die familie ondersteunen met dementie, kanker, NAH (niet-aangeboren hersenletsel), … 

Mijn ouders hebben geen zware ziekte of diagnose, ze beseffen nog goed wat er met hen gebeurt. Ze zijn alleen oud en het lichaam werkt nu en dan eens tegen. Ze voelen dat ze steeds meer hun zelfstandigheid verliezen en meer hulp moeten aanvaarden en dat is niet altijd gemakkelijk. De wil om dingen zelf te doen, is er nog wel. Alleen laat het lichaam dit niet meer toe en dan moet je een beroep doen op professionele hulp en familie om dingen gedaan te krijgen.  

 

Zorgen voor elkaar verbindt  

Ik tracht zo veel mogelijk in overleg te gaan met mijn ouders en hen te betrekken bij de zorg die ze nodig hebben. Hierdoor hebben we al mooie en ontroerende gesprekken gehad. Zo begrijp ik ook beter wat hun noden zijn en wat hen gelukkig maakt. Door hen te betrekken in hun zorgtraject, komen ze ook stilaan tot rust en laten ze gemakkelijker hulp toe. Maar het blijft een traject van vallen en opstaan.   

Het schuldgevoel dat ik had, toen ik mijn moeder naar kortverblijf moest brengen, was gelukkig snel verdwenen. Mijn moeder voelde zich daar meteen goed en is uiteindelijk zelfs iets langer gebleven dan voorzien. Ze gaf zelfs aan dat ze het gevoel had dat ze ‘op hotel’ was. De communicatie met de zorginstelling waar ze verbleef, liep ook heel goed. Wij werden er als familie ook gehoord en betrokken bij de zorg.

 

Moeilijke gesprekken en grenzen aangeven  

Mijn vader kreeg een zware antibioticakuur en werd na 2 weken in het ziekenhuis ontslagen. Het viel ons wel meteen op dat de infectie hem ‘een kraakje’ had gegeven. Hij was minder mobiel dan voordien.

Mijn ouders gingen uiteindelijk terug naar hun serviceflat. We kregen hulp van de sociaal assistente van de zorginstelling en hebben extra thuishulp ingeschakeld: dagelijkse verzorging van een verpleegkundige, extra uren familiehulp en ook poetshulp.

Vooral mijn vader was eerst heel erg aan het morren en had er geen zin in. Hij vond dat hij nog heel veel zelf kon en wou niet continu mensen over de vloer. Dit alles zorgde voor een aantal moeilijke gesprekken met mijn ouders, voornamelijk over het aanvaarden van hulp.

Ik heb hen ook moeten duidelijk maken dat het helaas ook eens kan mislopen met de thuishulp. Dat er iemand ziek kan worden, waardoor er dan iemand anders (die ze niet kennen) langskomt. 

Leren loslaten

Ik weet dat het niet evident is om je telkens te moeten aanpassen aan nieuwe verzorgers. Maar ik besef dat het ook voor mij belangrijk is om grenzen aan te geven. Ik kan het niet meer alleen en de extra hulp die mijn ouders nu krijgen, zorgt ervoor dat ik nu ook iets meer tijd heb voor mezelf en mijn gezin.   

Het was voor mij was een oefening in leren loslaten en erop vertrouwen dat andere zorgverleners er alles aan doen om het voor hen zo comfortabel mogelijk te maken.  

Lees & Bekijk ook

Lees van Els ook: Mantelzorger worden van je ouders: vanzelfsprekend of noodzaak?

Els heeft Multiple Sclerose. Ze is erin gelukt om in een nieuw leven te stappen. Ze getuigt.

Hoe ga je als zorgvrager om met je mantelzorger?

Blijf op de hoogte met onze nieuwsbrief.

De nieuwsbrief heeft geen vaste periodiciteit. Het enige criterium om hem te versturen is de relevantie van de informatie. We spammen niet! Al geabonneerd? Excuses voor deze herinnering.

Je hebt succesvol gesubscribed!